Noodplanoefeningen
Oefeningen maken essentieel deel uit van het beleid rond de stedelijke noodplanning. Jaarlijks vinden verschillende alarmeringsoefeningen plaats. Verder in principe ook één zandbakoefening, die zuiver theoretisch is, en één effectief uitgerolde oefening met inzet van de hulpdiensten en doorgaans in samenwerking met een grote instelling op het grondgebied.
Scenario oefening in Het Hof
Twee jonge vrienden van een echtpaar, dat een appartement bewoont op de derde verdieping van Het Hof, spreken af om samen reisfoto’s te bekijken. De laptop, die eerder gebracht wordt, komt onder een handdoek terecht, raakt oververhit en vliegt in brand. Onmiddellijk neemt het vuur uitbreiding in het appartement. De bewoners raken gewond en worden immobiel. De rookontwikkeling en het alarm veroorzaken paniek bij een aantal andere bewoners op de derde verdieping. Er ontstaat medische urgentie door brandwonden, bloedingen, ademnood, een hartaanval…
Terwijl de brand wordt bestreden, brengen de hulpdiensten de bewoners over naar het brandvrij compartiment aan de andere kant van de derde verdieping en van daar naar de serviceflats Hofwijck, op de site van het woonzorgcentrum. De bewoners van het appartement, waar de brand uitbrak, worden via het terras geëvacueerd. De medische diensten brengen de gewonden over naar ziekenwagens. Intussen loopt de interne en externe communicatie over de ramp.
Deze oefening gaat gepaard met een operationele coördinatie op het terrein. Er is geen afkondiging van de gemeentelijke fase van het noodplan.
Rollen
Een noodplanoefening vraagt een intensieve voorbereiding met alle betrokkenen. Bij het uitwerken van de oefening worden een aantal rollen bepaald en inhoudelijk ingevuld. Voor deze oefening gaat het om simulanten (geoefende acteurs met ernstige verwondingen), figuranten (personeelsleden die een rol spelen), hulpverleners (brandweer, politie, medisch team) met voor de brandweer specifiek de inzet van de autoladder en het klimteam, spelleiders en oefendirectie, noodplanambtenaar, communicatiedeskundigen en waarnemers. In totaal zijn zo’n 120 personen bij de oefening betrokken.
Oefendoelen
De deelnemende instelling en de verschillende disciplines van het stedelijk noodplan bepalen bij de voorbereiding ook een aantal specifieke oefendoelen.
Voor het woonzorgcentrum gaat het onder meer over alarmering, evacuatie, bluspoging en intern crisisplan.
De brandweer focust op de bereikbaarheid van de site, het motorkapoverleg, de afbakening van de rode zone, de evacuatie van slachtoffers en het gebruik van de tankwagen en de autoladder.
De politie test de organisatie van de mobiliteit, het instellen van de perimeters en de informatiedoorstroming.
De discipline communicatie zet in op het opvolgen van de alarmering, de verzameling van informatie op het terrein en de doorstroming ervan, het woordvoerderschap, de persopvang, de redactie over de calamiteit voor diverse mediakanalen en het uitsturen van een bericht via BE-Alert.
De oefendoelen van de coördinatoren zijn gericht op het functioneren van het operationeel overleg en de informatiedoorstroming. De noodplancoördinator helpt de directeur van de commandopost-operaties bij de beeldvorming tijdens het overleg.